Van Unterbäch naar Zinal
Vandaag was onze een na laatste dag in de Alpen en we hadden bedacht dat we nog een mooie wandeling wilden maken. Na de gebruikelijke ochtendrituelen reden we dan ook de berg af naar Turtmann en vervolgens verder naar Sierre, waar we de afslag naar het Val d’Anniviers namen. We hadden het plan om naar Cabane du Petit Mountet te lopen.
We reden de steile toegangsweg naar het dal op en na diverse haarspeldbochten en ijselijk smalle passages bereikten we het plaatsje Fang, waar het dal breder werd en er meer ruimte was voor de weg. Het was toen al aardig warm: de thermometer in de auto wees al ruim boven de 20 graden aan.
Bij Vissoie kozen we voor de route naar Zinal, waar we ongeveer een uur na vertrek aankwamen en parkeerden aan de Navisence, de beek die met groot geraas door het dal stroomde.
Wandeling van Zinal naar La Vichiesso
We trokken de wandelschoenen aan, smeerden ons in tegen zonnebrand en begonnen aan de wandeling naar Cabane du Petit Mountet. Het pad volgde bijna twee kilometer de beek en nadat we over een fraaie brug naar de andere kant waren gelopen begonnen we aan de klim. Het pad werd behoorlijk belopen, maar vanuit dit startpunt waren ook illustere bestemmingen als Cabane Arpitettaz en Cabane du Grand Mountet te bereiken, terwijl ook Roche de la Vache vanaf dit pad te beklimmen was.
De weg begon nu serieus te stijgen, hoewel het nergens absurd steil werd. Zo te zien kon dit weggetje ook door auto’s of quads bereden worden. Bij La Vichiesso splitste het pad zich. We hadden de keuze uit een rood-wit pad met een geschatte tijdsduur van 45 minuten of de brede weg waarop we liepen en waarover we de hut in 60 minuten zouden moeten kunnen bereiken.
Vanaf La Vichiesso linksaf verder over het weggetje
We kozen ervoor om op de weg te blijven en daar hebben we geen spijt van gehad. Hoewel het pad meteen na La Vichiesso een beetje daalde, wat eigenlijk niet onze bedoeling was, bleef het wel te doen, zeker ook qua steilte met deze temperatuur. Een voordeel van het rood-witte pad was wel geweest dat we daar wat meer schaduw van de bomen zouden hebben gehad.
Na de splitsing duurde het niet lang voordat we de eerste blikken op de Weisshorn konden slaan. We zagen de berg vanuit het westen, terwijl de bekende witte aanblik vanuit het oosten te zien is vanuit het Mattertal. Deze zijde zag er heel anders en veel steniger uit, met de aparte lagere top met de naam Grand Gendarme als markant herkenningspuntje.
Hiervandaan konden we ook Cabane Arpitettaz zien, een hut die op meer dan 3 uur lopen van Vichiesso aan de voet van de Weisshorn ligt en dus alleen bereikbaar is voor goed getrainde en geoefende wandelaars of voor hen die in de hut blijven slapen en de volgende dag teruglopen.
Laatste etappe na de lunch
Nadat we ruim een uur gelopen hadden, pauzeerden we op een steen langs het pad en aten ons brood op. Daarna ging het rustig maar gestaag verder omhoog. In totaal zouden we vandaag 450 meter hoogteverschil moeten overbruggen. Het meeste daarvan klommen we in 2,5 km afstand en dan klim je toch behoorlijk steil.
Cabane du Petit Mountet
We schoten dus niet heel hard op, daarvoor was het ook te warm, maar uiteindelijk bereikten we de hut wel en genoten we eerst van de schriftelijke beloning die als begroeting op een bordje stond geschreven en daarna van het fantastische uitzicht en een frisse dronk.
Vanaf de hut hadden we een prachtig uitzicht op Glacier de Zinal met daarachter Pointe de Zinal, die hier nog een stuk vandaan ligt en meer de op de voorgrond de Grand Cornier, een indrukwekkende steile wand. Aan de overkant van het dal rees de Besso met de kenmerkende hoorntjes omhoog.
Aan de andere kant van het dal zagen we mensen lopen op de morene. Die waren mogelijk op weg naar de andere hut met Mountet in de naam. Cabane du Grand Mountet vraagt volgens de wandelbordjes nog 3,5 uur vanaf La Vichiesso. Net als meer ongetwijfeld fraaie wandelingen vanuit Zinal is deze tijdsduur bijna niet te behappen voor mensen die zo weinig ervaring en training hebben als wij.
Terug naar Zinal over het pad over de morene
We rustten een poosje uit op het terras van de hut, waar het zeer aangenaam was en begonnen toen aan de terugtocht. We namen nu het kortere pad over de morene in plaats van het wegje. Meteen ging het steil naar beneden over de morene tot we tussen de bomen kwamen en ook daar bleef het pad steil afdalen. We liepen dan weliswaar meer in de koelte dan op de heenweg, maar we waren toch blij dat we dit pad niet hadden genomen om omhoog te klimmen.
Onderweg naar beneden zagen we dezelfde bergen als vanmorgen tijdens de klim, maar omdat we over een ander pad liepen en meer puf hadden om rond te kijken verveelde het uitzicht ons geen moment.
Tijdens dit deel van de toch hadden we ook weer prachtig uitzicht op een woeste beek die van de Weisshorn afkwam en de naam Torrent de l’Arpitetta draagt. De beek stortte als een waterval naar beneden in La Navisence die daarmee heel wat aan breedte won.
Toen we bijna terug waren op La Vichiesso konden we naast de Weisshorn de Schalihorn en de noordgraat van de Zinalrothorn op zien duiken, met een stuk van de enorme Glacier de Moming.
Van La Vichiesso naar Zinal
Vanaf La Vichiesso daalden we genoeglijk af over het weggetje. We bleven nu aan de linkerkant van La Navisence lopen en stuitten op een koppel zwarte koeien. Een van hen stelde zich op als bewaker van het veerooster, maar liet ons ongehinderd passeren.
We staken La Navisence over om terug bij de auto te komen en blikten nog een keer naar het zuiden over de bruisende beek waarboven de Besso prachtig uittorende in de helderblauwe lucht.
Klik hier voor een overzicht van de wandeling.
We reden in een uurtje terug naar Unterbäch, waar we ons opfristen en daarna gingen eten in restaurant Pöstli in Eischoll, waar we verleden jaar ook waren geweest. De eigenares herkende ons en serveerde net als vorig jaar een koninklijke maaltijd die we ons goed lieten smaken.
Het was een schitterende dag om de vakantie bijna mee af te sluiten.